Guantanamo's Child: Omar Khadr
In 1995 verhuist de 8-jarige Omar Khadr met zijn ouders van Canada via Pakistan naar Afghanistan. In 2002, hij is dan vijftien, wordt hij vanwege zijn betrokkenheid bij een aan Al Qaida gelieerde groepering gevangengenomen door Amerikaanse troepen. De tiener belandt zonder rechtsbijstand en zonder proces in gevangenenkamp Guantanamo Bay, waar hij jarenlang zal worden gemarteld. Na zijn overplaatsing naar een Canadese cel komt hij in mei 2015 onverwachts vrij. Vanuit zijn nieuwe verblijfplaats blikt hij samen met zijn raadsman terug op zijn rol in de oorlog. Opnames van zijn aanhouding passeren de revue, evenals beelden van verhoren met de Canadese geheime dienst en gesprekken met celgenoten. Er komt een beeld naar voren van een naïeve jongen, een weerloos kind dat op ongelukkige wijze op de verkeerde plek terechtkwam. Dit wordt echter weersproken door oud-soldaten, die ervan overtuigd zijn dat hij een genadeloze terrorist is. De Canadese minister-president en diverse nieuwszenders zijn dezelfde mening toegedaan, en openen alle registers om die gedachte te onderstrepen – een gedachte die lijkt te zijn ontstaan na de aanslagen in New York. Geleidelijk rijst zo de filosofische vraag of je een kind zijn daden volledig kan aanrekenen.