In een afgelegen, Georgisch bergdorpje wordt hard gewerkt aan een uitbreiding van het spoor. Hier moet straks de Nieuwe Zijderoute-express komen te rijden, een snelle verbinding tussen China en Europa. Maar dan moet er eerst een tunnel komen, dwars door de berg waarop de dorpelingen hun akkers en weides hebben. De haast karikaturale stationschef bereidt zich in zijn houten stationsgebouw voor op zijn nieuwe rol – als er straks veel meer treinen zullen passeren.
Er worden grote voorspoed en vooruitgang beloofd, maar binnen de sprookjesachtige, dromerige sfeer van dit dorp lijkt de komst van de snelle trein eerder een nachtmerrie. Terwijl het gegrom in de berg steeds dichterbij komt, ziet het dorp machteloos toe hoe de aarde scheurt en afbrokkelt. De onzekerheid groeit: niemand weet of de huizen nou wel of niet moeten wijken.
Taal- en communicatieproblemen tussen de Georgische en Chinese werknemers leiden tot felle ruzies en ten slotte tot een grimmige staking. De prachtige, bevreemdende opnamen verbeelden treffend de surrealistische sfeer van een veranderende wereldorde.