In het stadhuis van zijn geboortestad Boston filmde Frederick Wiseman gedurende enkele maanden alles wat er reilt en zeilt. Met zijn compacte crew is hij aanwezig bij bijeenkomsten over dakloosheid, laagdrempelige verslaafdenopvang, hoe de stad bestand te maken tegen de gevolgen van klimaatverandering of beter toegankelijk voor mensen met een beperking.
Als zetel van het lokale bestuur is het stadhuis een ankerpunt in de film, maar het openbare leven in een metropool in goede banen leiden bestaat uit meer dan vergaderen. Even aandachtig legt Wiseman de inspectie van een bouwproject, de ochtendbriefing van het politiekorps, het ophalen van huisvuil en het bestrijden van ongedierte vast. Vrijwilligersacties en inspraakavonden tonen de betrokkenheid van bewoners bij hun wijk.
In lange takes, die dwingen tot geduldig luisteren en observeren, raakt deze onderdompeling in het functioneren van een grote, cultureel diverse stad ook aan de kern van wat het betekent om samen te leven. In een tijd van grote polarisatie op het nationale politieke toneel is City Hall een beschaafd pleidooi voor het werken aan solidariteit.