In 1993 overleed Frank Vincent Zappa, net geen 53 jaar geworden. Behalve een fantastisch muzikaal oeuvre (meer dan zestig albums!), vier kinderen, een echtgenote en fans wereldwijd − met een opvallend grote fanschare in Tsjechië − liet hij ook een indrukwekkend beeldarchief na met optredens, interviews, familietaferelen en uitzinnige animatiefilmpjes. Alex Winter kreeg onbeperkt toegang tot deze schatkamer en uit meer dan duizend uur materiaal sneed hij een markant portret, waarin hij Zappa als gids opvoert van zijn eigen veelbewogen geschiedenis.
De magere, intense verschijning met die eeuwige snor en altijd sardonische oogopslag komt weer even tot leven. Als de muzikale gigant, die zichzelf eerst leerde drummen, daarna gitaarspelen en geen heilige muzikale huisjes kende. Maar ook als echtgenoot die monogamie onzinnig vond, als vader die weinig tijd voor zijn kinderen had, als compromisloze leider van The Mothers of Invention en, jazeker, als mogelijke presidentskandidaat. Wie weet waar zijn zelfrelativering, krankzinnige humor en briljante, analytische geest hem hadden gebracht als hij niet ongeneeslijk ziek was geworden.