Sluizer Speaks
Op 20 september jongstleden overleed de internationaal opererende, Nederlandse filmmaker George Sluizer. Dit keer stond hij niet meer op uit de dood – bij een eerdere slagaderlijke bloeding werd hij namelijk onterecht doodverklaard en “bijna de koelkast in geduwd.” Een typische Sluizer-uitspraak, zo blijkt uit dit uitgesproken portret, waarin de eigenzinnige kunstenaar terugkijkt op zijn rijk gevulde leven, zijn inspiratiebronnen, grote liefdes, legendarische ontmoetingen met de groten der aarde en – vooral – zijn films: de rode draad in zijn bestaan. Sluizer (, , ) blijkt een vat vol prachtige, ijzersterke verhalen. Bijvoorbeeld over hoe hij ooit slaags raakte met Klaus Kinski en hoe hij op de set tijdens Werner Herzogs tragisch verlopen opnameperiode van eigenhandig een gecrasht vliegtuigje oplapte met gaffertape. Of over die keer dat geheime diensten bij hem aanbelden nadat hij, tien dagen voor diens dood, spectaculaire opnames van Kennedy had gemaakt. Maar ook over zijn Spielberg-connectie en miskend worden in eigen land. “Ik ben een allochtoon in het Nederlandse filmbedrijf,” zegt hij daarover stellig. Het levensverhaal dat Sluizer in zijn eigen bewoordingen – daarbij zo nu en dan het vuur na aan de schenen gelegd door regisseur Dennis Alink – opdist, wordt ondersteund door fragmenten uit zijn werk en opnames van zijn laatste zegetocht langs filmfestivals met .