Fire-Eater
Mannen zijn in Pirjo Honkasalo's films niet meer dan passanten. Of erger: de brengers van geweld. Destructieve krachten. In de fictiefilm zijn ze helemaal naar de achtergrond verdwenen. De zusjes Irene en Helena hebben hun vader nooit gekend en worden kort na de geboorte ook door hun moeder in de steek gelaten. Moeder gaat ervandoor met een Duitse militair en de twee blijven achter bij hun grootmoeder. Als ze na grootmoeders dood in een weeshuis belanden, worden ze weer door hun moeder opgehaald om in een circus te werken. Samen trekken ze door Europa om uiteindelijk in Helsinki te belanden. De zussen houden zielsveel van elkaar; hun band met de moeder is op z'n best dubbelzinnig. Maar de liefde van de moeder voor haar kinderen is er niet minder om. Honkasalo vertelt het verhaal voor het grootste deel in flashbacks, in kleur, terwijl de scènes in het heden, verteld door een van de zussen, in zwart-wit zijn. Alsof de tegenwoordige tijd niet meer dan een bleke afspiegeling is van het verleden. Op ongedwongen wijze laat de film zien hoe dat verleden doorwerkt in het heden, één van Honkasalo's geliefde thema's. Elke generatie zal opnieuw het vuur moeten eten om te overleven.