Sacred Places
De Afrikaanse regisseur Jean-Marie Teno vergelijkt uitingen van populaire cultuur in een arme wijk van Ouagadougou, de hoofdstad van Burkina Faso. Hij portretteert Bouba, de eigenaar van een CineClub waar goedkope dvd's van voornamelijk actiefilms worden vertoond voor een enthousiast publiek van tien tot vijftien man, en djembé-speler Jules César. Die noemt zijn instrument de 'grote broer' van de cinema, omdat die de Afrikanen al lang voor de komst van film in vervoering wist te brengen. De CineClub heeft moeite het hoofd boven water te houden. Daar komt bij dat het eigenlijk illegaal is wat er gebeurt: de dvd's worden gehuurd in een gewone videotheek en mogen dus niet buiten de privékring worden vertoond. Maar Bouba wijst op het belang van de cinema voor zijn klanten. Het zijn mensen die weinig hebben: de cinema haalt ze uit hun sleur en brengt ze in contact met een andere wereld. Teno koos niet voor niets voor een dubbelportret. Zo ingewikkeld als de filmcultuur is (met distributieproblemen, haperende techniek en rechtenkwesties), zo eenvoudig en direct is de djembé-cultuur. Een inspirerende en onderhoudende reflectie op de toekomst van de Afrikaanse cinema.