The Sound of the Bandoneón
"Alles van grote waarde, keert terug als de tijd rijp is", weet de oude, beroemde Argentijnse componist en bandoneonist Néstor Marconi, die zich uitvoeringsverboden voor tango's herinnert onder de militaire dictatuur. Samen met bandoneonstemmer en -restaurateur Oscar Fischer en componist en bandoneonist Daniel Vedia, die uit een Noord-Argentijns indianendorp komt, vormt hij de ruggegraat van , een levendige, melancholische ode aan de bandoneon. Het instrument, dat het kloppend hart vormt van de tango, wordt met uitsterven bedreigd nu het nauwelijks meer wordt gemaakt en touristen het meenemen als souvenir, wat de overblijvende instrumenten onbetaalbaar maakt. Arme indianen leren noodgedwongen spelen op kartonnen replica's van lege wijnpakken. Een oude man kijkt jaloers naar een jongetje dat een bandoneon als erfstuk verkreeg. Rickels' gedraaide film is een intieme ontdekkingsreis die leidt van een tangozaal in de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires naar een rodeofestival in een indianendorp in de noordwestelijke Andes. Onderweg wordt ook nog een uitstapje gemaakt naar het Duitse Carlsfeld, waar de wortels van de bandoneón liggen in een destijds door de DDR-politie gesloten fabriekje. Archiefbeelden tonen hoe het instrument in de negentiende eeuw met immigranten de Atlantische oceaan overstak van Europese kerken naar Argentijnse nachtclubs.