Moving to Mars: A Million Miles from Burma
Sinds de militaire coup van 1962 zijn de Karen in Birma een vervolgde minderheid. Ongeveer honderdvijftigduizend van hen verblijven in vluchtelingenkampen in Thailand. Hun zwerftocht is daarmee niet afgelopen. Mat Whitecross, die eerder met Michael Winterbottom regisseerde, volgt in twee gezinnen die in het Engelse Sheffield hun definitieve verblijfplaats krijgen. Thaw Htoo studeerde voor ingenieur en trouwde zijn pianolerares. Diploma's kan hij niet meer laten zien; die zijn achtergebleven in de as van zijn verbrande huis. Jo-Kae, een eenvoudige landbouwer, hielp mensen ontsnappen aan de junta. Zijn vrouw geeft in het kamp les aan een kleuterklasje. Politiek blijft in op de achtergrond. Whitecross maakt ons eerst vertrouwd met het dorpsleven in het kamp. Een menselijke gemeenschap, zoals iemand zegt. Na de tranen van het afscheid kunnen we de cultuurschok ook echt meevoelen. De ouderen zijn gespannen, hoopvol, onzeker. De kinderen nemen alles met grote nieuwsgierige ogen gretig in zich op. In het rijtjeshuis in Sheffield, dat eerst een paradijs lijkt, begint het verhaal pas echt. Er is vrolijkheid en verveling, vriendschap zal bekoelen, een tienerzoon zoekt zijn eigen weg, en de boer die geen Engels spreekt lijkt sneller zijn draai te vinden dan de ontheemde ingenieur.