Against the Wind

TEGEN DE WIND IN vertelt het verhaal van vier vrouwen uit vier generaties over hun idealen en hun motieven om lid te worden van de CPN. Rie Lips, de oudste, sloot zich direct na de oorlog aan bij de partij. Tijdens haar gevangenschap in kamp Ravensbrück had zij enorm veel respect gekregen voor de moed en het verzet van de communistische vrouwen. De strijd tegen het fascisme en voor een rechtvaardiger maatschappij was voor haar de belangrijkste reden om binnen de partij te gaan werken. Ze was zeven jaar lid van de Tweede Kamer. In TEGEN DE WIND IN bezoekt Rie Lips, die in 1958 werd geroyeerd, na jaren weer de Tweede Kamer en praat er met Ina Brouwer, Kamerlid voor Groen Links en afkomstig uit de CPN. Betje Wiekens is twintig jaar jonger. Haar hele leven heeft ze niet alleen in het huishouden gewerkt maar ook, daarnaast, in de landbouw en in de strokarton-industrie van het Groningse platteland, waar altijd armoede heerste. Dat maakte het voor haar vanzelfsprekend zich aan te sluiten bij de CPN. Joke van der Zwaard, weer zo'n twintig jaar jonger, werd partijlid in de jaren zeventig. Op de universiteit ervaarde zij dat het onderwijs lang niet gelijkelijk toegankelijk is voor iedereen. Nu strijdt zij met Groen Links tegen racisme en vecht zij voor vrede en gelijke kansen voor iedereen. De jongste vrouw is Linda van Vuuren. Zij werd pas CPN-lid in 1986, nadat de partij haar zetels in de Tweede Kamer had verloren. Zij wil actie voeren tegen onrechtvaardigheid in de maatschappij en sloot zich bij de CPN aan omdat de partij veel aandacht heeft voor de positie van vrouwen. Linda van Vuuren gaat op bezoek bij de drie oudere vrouwen, uit nieuwsgierigheid naar de geschiedenis van de partij en de invloed van vrouwelijke leden. Ze ontdekt dan ook minder glorieuze en minder strijdbare periodes in het verleden van de CPN.