Met keert Rithy Panh terug naar de thematiek van : zijn persoonlijke ervaringen met het bewind van de Rode Khmer. De ballingschap uit de titel verwijst naar de verdrijving van zijn familie uit de hoofdstad Phnom Penh naar het platteland. Panh was de enige van het gezin die de genocide overleefde. Hij verbeeldt het verlies van zijn identiteit in zijn tienerjaren, het verlies van zijn familieleden, de hongersnood en de dwangarbeid in poëtische beelden vol symboliek. De voornaamste setting is een hut, het decor van allerlei verschillende tableaus, waarvan sommige met special effects tot stand zijn gekomen, zoals de scène met drie zwevende keien. De kunstzinnige en visueel verbluffende beelden, doorsneden met archiefmateriaal, gaan vergezeld van een voice-over die bespiegelingen over revolutie en ideologie afwisselt met persoonlijker herinneringen. In de tekst zijn citaten verwerkt van onder anderen Mao, Baudelaire en Robespierre. Acteur Sang Nan vertolkt Panhs alter ego.