Zelf wilde hij liever dokter worden, maar de vader van de jonge Ennio Morricone (1928-2020) besloot dat hij naar het conservatorium moest om trompettist te worden. Als relatieve buitenstaander (want van eenvoudige afkomst) ging Morricone vervolgens compositie studeren. Filmmuziek was nooit zijn einddoel, dat deed hij erbij om zijn experimentele, abstracte muziekstukken te financieren. Gaandeweg werd zijn talent door steeds meer regisseurs ontdekt, wat leidde tot onvergetelijke scores als die voor The Good, the Bad and the Ugly (de beroemde hyena-huil), Novecento, Cinema Paradiso, The Mission en The Hateful Eight.
Bijna drie uur lang biedt Ennio: The Maestro een zeldzaam kijkje in het hoofd van dit muzikale genie – zo hield hij van schaken en componeerde hij altijd in stilte, met slechts potlood en papier. Een uitgebreid interview met de meester zelf is hierbij de waardevolle leidraad. De fascinerende en meeslepende documentaire bevat ook veel archiefbeelden en herinneringen van collega’s en filmmakers als Bernardo Bertolucci, Dario Argento, Barry Levinson, Roland Joffé, Oliver Stone, Quentin Tarantino, Bruce Springsteen en Hans Zimmer.