A Question of Madness

Dimitri Tsafendas vermoordde in 1966 de toenmalige Zuidafrikaanse minister-president Hendrik Verwoerd. Verwoerd geldt als de politieke architect van de apartheid, en Tsafendas was een fanatiek tegenstander. Net als bij veel andere aanslagen op belangrijke staatsmannen is er rond de moord mythevorming ontstaan. Tsafendas zou in opdracht van anderen gewerkt hebben, en zelf verklaarde hij aanvankelijk dat hij gemanipuleerd werd door een sprekende ‘lintworm‘ in zijn maag.Uit het portret komt Tsafendas - die in 1918 geboren werd als zoon van een Griekse vader en een Afrikaanse moeder - naar voren als een intelligente, maar ietwat zonderlinge avonturier, die vloeiend acht talen sprak en de hele wereld rondreisde voordat hij zich in 1964 in Zuid-Afrika vestigde. Hij zat 28 jaar onder de meest erbarmelijke omstandigheden in de gevangenis, maar werd in 1994 vrijgelaten en leeft nog steeds. De schrijver Breyten Breytenbach beschrijft de martelingen die Tsafendas moest ondergaan en noemt hem in de film in een adem met Nelson Mandela. Tsafendas komt zelf ook aan het woord. Hij leed onder een minderwaardigheidscomplex, en vatte op latere leeftijd een diepe haat op voor Verwoerd. Of dat de reden was voor de moord wordt in de film niet opgehelderd.