Hoe maak je een documentaire over ’s werelds grootste voetbalster, als die zelf niet gefilmd wil worden? Cultregisseur Alex de la Iglesia bedacht een slimme oplossing. Voor zijn caleidoscopische portret vermeed hij klassieke interviewopstellingen; hij zette zijn hoofdrolspelers neer in een restaurant met één opdracht: eet, drink en praat over Lionel Messi. De tafeltjes zitten vol oude vrienden en voetbalmaatjes uit zijn tijd in Rosario, vroegere leraren en jeugdtrainers, teamgenoten van FC Barcelona, Argentijnse voetbalsterren van weleer, journalisten en Messi-kenners en natuurlijk de onvermijdelijke Johan Cruijff. Terwijl Barcelona-voetballer Mascherano mijmert over hoe het zou zijn om voor één moment Messi te zijn, draait Cruijff de eeuwige discussie over wie nu de beste voetballer ooit is simpel de nek om: “Goddank hebben we Messi, anders waren we nu nog steeds over Maradonna aan het praten.” De gesprekken worden afgewisseld met gedramatiseerde sleutelmomenten uit Messi’s jeugd. Van de dure hormoonbehandeling die zijn moeizame groei bespoedigde tot de controversiële overstap naar Barcelona. Dankzij de levendige gesprekken in het restaurant, de geënsceneerde scènes en archiefmateriaal komt Messi langzaam tot leven. Je leert een verlegen jongetje kennen dat zijn kinderlijke speelsheid nooit verloor en die de hoofdrolspeler wordt in een onwaarschijnlijk jongensboek.