Een van de grootste mysteries uit de moderne, Amerikaanse geschiedenis is nog altijd onopgehelderd. Voor Robert Groden is het duidelijk; hij heeft zijn hele leven gewijd aan het bewijzen van zijn theorie dat de Amerikaanse president J.F. Kennedy op 22 november 1963 door een samenzwering is omgebracht en niet door die ene schutter, Harvey Lee Oswald, zoals de geschiedenis ons wil doen geloven. Tot op de dag van vandaag, ruim vijftig jaar na dato, blijft Groden onvermoeibaar zoeken naar bewijsmateriaal, dat hij vervolgens in zijn overvolle huis in Dallas bewaart. Hij schuwt ook niet tekst en uitleg te geven achter een tafeltje op Dealey Plaza, het plein waar de moord plaatsvond, goed in het zicht van “cover-up” museum The Sixth Floor. Groden, de man die in 1975 miljoenen kijkers schokte door de zogeheten Zapruder-film ongecensureerd op de Amerikaanse televisie te vertonen, waarmee hij het Congres dwong de zaak te heropenen, ondervindt nog dagelijkse tegenstand van de (plaatselijke) autoriteiten bij zijn pogingen de waarheid aan het licht te krijgen. Hij blijft echter gerechtigheid najagen voor de man wiens sterfdag precies samenvalt met zijn verjaardag. Regisseur Kasper Verkaik maakte met respect voor de man en zijn eenmanskruistocht een uitgebalanceerd portret van deze volhouder, die als echtgenoot en vader een hoge prijs betaalde voor zijn zelfgekozen missie.