Een mythische documentaire over een menselijk bestaan als boom: experimenteel animatiefilmer Maarit Suomi-Väänänen rust een berkenstammetje uit met een paar ski’s en een bivakmuts, waarmee het jammerend door een bos glijdt waar net een hoop van zijn soortgenoten zijn gekapt. Flarden van rook of mist suggereren dat de beulen nog maar net vertrokken zijn. Maar het skiënde stronkje lijkt ook over wraakgevoelens te beschikken. Met vallen en opstaan trekt het houtblokje langs de gevelde bomen, waar hij af en toe stil houdt bij een stronk. Laat hij daar een traan? Was het misschien zijn familielid dat hier een kopje kleiner is gemaakt, of treurt hij om het onvermijdelijke lot dat ook hemzelf straks te wachten staat? Hij slaat kreunend op de vlucht. Tegen de achtergrond van dit oorlogsgebied van bos, gehuil van kettingzagen en explosies, begint de toeschouwer zich werkelijk af te vragen of bomen misschien meer sympathie verdienen. Door te spelen met marionette animatie en achterstevoren afgespeelde opnames wekt het geheel de sfeer van een tekenfilm. Tikje absurdistische beschouwing over de natuur in onszelf.