Toen op 19 augustus 2003 een zware bom het hoofdkwartier van de Verenigde Naties in Bagdad opblies, betekende dat niet alleen het einde van de VN-missie in Irak, maar ook van het leven van diens hoofdvertegenwoordiger Sergio Vieira de Mello (55). Irak was de laatste klus van de charmante conflictbemiddelaar, die bekend stond als een kruising tussen James Bond en Bobby Kennedy. De documentaire portretteert werk en privéleven van de praktische idealist en biedt inzicht in hoe de VN een doelwit werd voor moslimextremisten. Archiefmateriaal, interviews, grofkorrelige geënsceneerde beelden, stemmige muziek en beelden van Sergio's geliefde Atlantische Oceaan reconstrueren de laatste uren van zijn leven. De makers spraken behalve met Tony Blair, Condoleezza Rice, Richard Holbrooke en Paul Bremer ook met zijn naaste collega's, zijn bodyguard, zijn geliefde, zijn moeder en een lid van Al Qaeda. IJzingwekkend zijn de verhalen van de reddingswerkers en Gil Loescher, de man die tegenover Sergio aan tafel zat toen de bom afging. De film is gebaseerd op De Mello's biografie van voormalig Obama-adviseur Samantha Power, die ook aan het woord komt. won op Sundance de Documentary Film Editing Award.