De Tsjernobylramp van de Amazone wordt het wel genoemd: de systematische vernietiging en vervuiling van de Ecuadoriaanse regenwouden voor en door oliewinning sinds de vroege jaren zeventig. De grootste boosdoener is het Amerikaanse conglomeraat Texaco (dat in 2001 opging in Chevron), zo stelt een groep van 30 duizend bewoners van de getroffen streek, die in 1993 een gezamenlijke rechtszaak tegen het bedrijf begon. Regisseur Joe Berlinger volgde het proces drie jaar lang in Ecuador, nadat het door de Amerikaanse rechter na een stevige lobby van Texaco daarheen werd doorverwezen. De bewijsfase van het proces vindt plaats op de daadwerkelijke locaties: terwijl rechter, advocaten en pers letterlijk door het olieslijk waden, gooit de Texaco-advocaat figuurlijk met modder. Berlinger doet zijn best om de film evenwichtig te houden, en geeft beide kanten de ruimte hun verhaal te doen. Niettemin is duidelijk waar zijn sympathie ligt: de grote held van zijn film is advocaat Pablo Fajardo, die ooit zelf in de olievelden werkte en rechten ging studeren om de misstanden die hij daar tegenkwam recht te zetten. "Ik was onervaren, maar voelde me nooit ondergeschikt aan de Chevron-advocaten", legt hij uit. "Voor elke waarheid die ik zei, moesten zij een leugen bedenken."