Limits: 1st Person
Een vlek in de woestijn. Het blijkt een vrouw te zijn. De camera beweegt, een commentaarstem legt uit wat we zien. Zijn deze beelden per ongeluk gemaakt of wist de vrouw dat ze gefilmd werd? Ze beweegt kort en snel, nauwelijks merkbaar. De camera zoomt in. Het lijkt alsof ze omkijkt naar de camera. Dus toch, ze wist dat er een camera was. Maar dan verandert het perspectief. Niet dat van de camera maar dat van de kijker. De commentaarstem verandert van toon en legt uit waar we werkelijk naar kijken. Het blijkt allemaal heel anders te liggen. speelt slim en met uiterst eenvoudige middelen met de ambivalente betekenis van beelden. Tot twee keer toe weet de filmmaker de betekenis van de beelden volledig om te keren. Waar zijn de grenzen van het perspectief van de kijker, van de eerste persoon, zoals de titel aangeeft? Die liggen overal, zo blijkt. De kijker kan denken dat hij weet wat hij ziet maar een slimme filmmaker neemt die kijker mee aan de hand en bepaalt als een God hoe die in de wereld staat. Als een schijnbaar eenvoudige mise-en-scène als een vrouw in een woestijn ons al zo kan betoveren, hoe machtig is de filmkunst dan eigenlijk precies?