Het leven van de Mexicaanse broers Diego, Rodriguez en Bruno krijgt een onverwachte wending wanneer hun vader in de gevangenis belandt op beschuldiging van ouderenverwaarlozing en zij samen met de vriendin van Rodriguez de zorg voor hun hoogbejaarde grootmoeder América overnemen.
De omschakeling naar hun nieuwe leven en verantwoordelijkheden valt voor de broers niet mee. Diego treedt als Elvis-imitator op tijdens feesten en op straat, Rodriguez en zijn vriendin geven meditatieworkshops met klankschalen en Bruno is circusartiest. Het wonen onder één dak brengt hen dichter bij elkaar, maar zet hun relatie ook onder druk.
América wordt, vooral door Diego, overladen met liefde, maar de broers worden ook geconfronteerd met de ongemakken van dementie, vooral als het gaat om persoonlijke hygiëne. En dan is er nog de eindeloos slepende rechtszaak van hun vader. América volgt het dagelijks leven gedurende langere tijd van heel nabij, waarbij de cameravoering de lichtvoetigheid weerspiegelt die in de omgang van de broers met hun breekbare oma de boventoon voert.